Luc Vandromme

acties

Uit de reeks ‘Primavebarium’.

Ik ben helaas getroffen door klierkoorts. Wreed virus. Verplichte rust. Enkel in staat om in een straal van 100m rond mijn huis de lente te zien. Van elke bloeiende plant of boom maak ik een afdruk. Daarvoor heb ik net voldoende energie. Een herbarium van de Pittemse primavera.

Uit de reeks ‘100 dagen. Alleen de gravitatie blijft bestaan.’

Uit de reeks ‘100 dagen. Het onzichtbare zichtbaar maken.’

Uit de reeks ‘100 dagen. Meneer Vandromme kuist zijn lei af.’

Alleen in de AI heerst er vrede in de bezette gewesten. (Merci Emiel Claus.)

Tussen de dagen: een literair meesterwerk!

Tussen de dagen krijgt bijzonder goede recensies.

Op Hebban gaat het van: ‘Een literair meesterwerk (S.L)’ over ‘Een meeslepend verhaal over de complexiteit van tijd en emoties. (A. H.)’ en ‘Fascinerende roman (V.D.) tot ‘Onneerlegbaar (J. V.), ‘Opgepast boek wegleggen gaat hier niet. Aanrader ! (M. T.)’ tot ”Geniaal boek (M. R.)’

Met zijn werk verdient hij een vaste plek in de Nederlandstalige literatuur.

Recensie: Tussen de dagen

Zaterdag, 27 april, 2024

Geschreven door: Luc Vandromme
Artikel door: Jan Stoel

De tijd is er om ons gevoel van verleden en toekomst vorm te geven

In zijn laatste drie romans onderzoekt Luc Vandromme het thema ’tijd’. Omwille van de soort speelt zich af in de toekomst en laat je stilstaan bij wat het verliezen van je eigen keuzevrijheid met je doet en hoe we dan met elkaar omgaan. Niets verlaat de tijd laat zich lezen als een familiekroniek waarin Vandromme op zoek gaat naar waar hij zelf vandaan komt. Hij reconstrueert het verleden en verbindt het met deze tijd. In zijn nieuwste roman Tussen de dagen gaat de auteur nog een stapje verder. Hierbij dringt het begrip synchroniciteit zich op. De letterlijke betekenis hiervan is ‘gelijktijdigheid’. Een verhaallijn speelt in de zestiende eeuw en een andere in 2009. Ze hebben ogenschijnlijk niets met elkaar te maken, maar komen in deze roman op een magische wijze bijeen en zorgen voor een verpletterend slotakkoord.

Tussen de dagen is een meeslepende en tegelijk gelaagde roman. Je zou het zelfs een ‘moordverhaal’ kunnen noemen. Vandromme grijpt je bij de kladden en laat je niet meer los. Zijn personages zijn levensecht, in een paar woorden zet hij een karakter of een sfeer neer en zijn stijl is om van te smullen. Zo voel je de hitte van de dag in deze zin: “Onverschillig zuigen de banden in het verzadigde asfalt.” Of als hij het heeft over de huizen in de Haan: “De bombastische witte huizen liggen in voluptueuze tuinen.” Hij schrijft snel, filmisch, in een eenvoudige taal, to the point. De roman verbeeldt enerzijds een persoonlijk gevecht en anderzijds een maatschappelijke strijd.

Gregoriaanse kalender
Aan de basis van de roman ligt de Gregoriaanse kalender, genoemd naar paus Gregorius XIII, die hem in 1582 instelde. Om de tijd ‘synchroon’ te laten lopen met het ‘werkelijke jaar’ moesten tien dagen worden geschrapt. Met de landen waar hij niet ingevoerd werd ontstond dus een verschil van tien dagen. Rondom de invoering van die kalender speelt de eerste verhaallijn in de roman. Aan de orde komen onder meer de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen, het seksueel misbruik in de kerk, de pausverkiezingen, de spanning tussen katholieken en protestanten, het machtsmisbruik, de ontwikkeling van de wetenschap versus de axioma’s van de kerk, de rol van de politiek ten opzichte van het geloof. Vandromme laat zien dat hij gedegen onderzoek verrichtte. Het Concilie van Trente speelt een cruciale rol in het verhaal. Er moest hervormd worden en misstanden binnen de Katholieke kerk moesten aangepakt worden. Bovendien moest de houding ten opzichte van het protestantisme bepaald worden.

De magie van tien
Tien dagen en wat er ’tussen die dagen’ afspeelt vormt het frame van beide verhaallijnen. De eerste verhaallijn speelt in 2009 en is in de ik-vorm én in de tegenwoordige tijd geschreven. Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van de 48-jarige Mauro Russo. Hij is lector, getrouwd met kunstenares Lotte en vader van twee dochters. Zijn directeur vraagt hem een “toekomstgerichte cursus” te ontwikkelen, met als onderwerpen complementair geld, stamcellen, duurzame energiebronnen, robots, afval wordt voedsel. Daarnaast heeft Mauro last van nachtmerries waarin hij de naam van een vrouw roept. Zijn echtgenote Lotte denkt dat hij vreemd gaat en vertrekt op vakantie met haar vriendin Hannah om over dat alles na te kunnen denken. De dochters gaan tien dagen op schoolkamp. Wat is er met hem aan de hand? Is er iets uit zijn verleden wat zich aan hem opdringt?
Het feit dat Mauro een Italiaanse achtergrond heeft, vormt een brug naar de tweede verhaallijn. Die begint in 1560 en is geschreven vanuit een auctorieel perspectief en in de verleden tijd. Hierin staan twee personages centraal: Misa Giglio en Lanzo La Catena. Misa is de dochter van een wetenschapper die experimenten uitvoert die tien dagen duren. Een van die onderzoeken heeft rampzalige gevolgen voor zijn gezin. Misa overleeft het experiment en komt onder de invloed te staan van pastoor La Catena, die haar continu misbruikt en zwanger maakt. La Catena wil paus worden. Alles moet daarvoor wijken. Lukt dat? Slaagt Misa erin om zich van haar trauma’s te bevrijden en vrij te worden?

Reizen door de tijd
Om beurten komt het verhaal van Mauro en dat van Misa en La Catena aan de orde. Elk deel bestaat uit een aantal hoofdstukken waardoor de personages en de ontwikkeling van het verhaal reliëf krijgen Door een brug te slaan tussen de twee tijdsgewrichten, laat Vandromme de lezer als het ware reizen door de tijd. Een voorbeeld. In het Italië van de zestiende eeuw kwamen geloof en wetenschappelijke ontdekkingen met elkaar in botsing. Het invoeren van de Gregoriaanse kalender is daarvan een voorbeeld. Ging dat niet in tegen het scheppingsverhaal?
“Het gekke is dat de tijd niet bestaat. We hebben die uitgevonden om ons gevoel van verleden en toekomst vorm te geven,” zei de vader van Misa.
Wij hebben net als Mauro en Misa een verleden, een heden en een toekomst. Vandromme reflecteert op hoe we als persoon met onze persoonlijke trauma’s en onze ambities omgaan en wat voor effect dat op de mensen in onze omgeving heeft. De foto op de cover is van de hand van Vandromme. Het verwijst naar het trauma van Mauro en Misa. De foto is eigenlijk een cyanotypie. Dit is een oud fotografisch procedé uit de helft van de negentiende eeuw. Door deze oude techniek te gebruiken legt hij een extra link in de tijd. De oude techniek heeft iets van het verleden in zich en oogt tegelijkertijd heel hedendaags.

Luc Vandromme is een groot verhalenverteller met een heerlijke vloeiende schrijfstijl en je kunt gerust stellen dat hij met zijn werk een vaste plek verdient in de Nederlandstalige literatuur. Hij heeft de kracht om een inhoudelijk verhaal te vertellen dat diepgang heeft. Tussen de dagen is bovendien spannend én het – en dat is misschien wel de grootste verdienste – stimuleert de verbeeldingskracht. Tussen de dagen is een roman die je lang bijblijft.

Voor het eerst gepubliceerd op Bazarow

‘Interview met een multigetalenteerd man waar ik een bijzonder ontzag voor voel.’ (Alexander Olbrechts)

Dag Luc, ik heb “Tussen de dagen” gelezen, je nieuwste roman. Je wist me met dit boek mateloos te boeien! Voldoende voer voor een interview. Mocht het ondenkbare bewaarheid worden en er lezers zijn die Luc Vandromme niet kennen, kun je ons wat meer over die man vertellen?

1 Belg, geboren in Kortrijk – 62 jaar – 1m69 – 1 echtgenote – 3 dochters – 1OOman – gemiddelde lichaamstemperatuur 37,1°C – 10.000 volt – 40 jaar Oostende Oh la la la – 1OOden jazzstandards, chansons, popsongs en bluesnummers om te zingen – 1 pasta a day – ontelbare verftubes en canvasdoeken – 8 romans – 24 uren op een dag – steeds groter wordend voorhoofd – 70 kilometer perfecte fietsafstand – 0 tot 1 glas alcohol – 1200 kilometer tot Navarra – 1 kleindochter om verliefd op te zijn – 1 liefhebber van de kievit – 3 koppen koffie per dag – 1 pas un star – het 7-uur journaal – 90 minuten schrijfconcentratie – 100dagen projecten sinds 1997 – slechts 1 leven – 2 goede handen, behalve waar het elektriciteit, motoren, sanitair, houtverbindingen en mechanische mini-onderdelen betreft – 1 tot 3 flitsen bij het fotograferen – 1 huis tussen de velden – 1 geen hoed – 1 piano voor slechts 10 vingers – 1 nog in leven zijnde moeder – 1 Gmin7 – 1000 en meer bloemen rondom – 10.000 stappen onder de wolken – 1 ‘fijn, inspirerend, vertrouwenwekkend, enthousiasmerend, behulpzaam en vooral nederig’ karakter (het zal wel zijn) – 1 dankbare persoon voor alles wat op het pad komt

Als ik me niet vergis is Tussen de dagen reeds je achtste roman. Hoe ga je te werk om je romans te schrijven? Waar haal jij je inspiratie vandaan?

Ik vergelijk het schrijven van een boek graag met het creëren van een kunstwerk. Het is een langdurig proces (gemiddeld drie jaar) waarbij ik ‘methodes’ zoek om mezelf te blijven uitdagen. Ik zoek open en onvoorspelbare systemen die mijn verwondering en mijn goesting prikkelen. Zo bracht ik voor ‘Omwille van de soort’vijftien personen bijeen en liet ik ze vrij brainstormen over de vraag hoe het leven in 2222 er zal uitzien. Ik gebruikte enkel de door hen aangebrachte ideeën om het boek te schrijven. Voor ‘Niets verlaat de tijd’ verplichtte ik mezelf om mijn honderd oudste herinneringen op te schrijven. Daarnaast interviewde ik mijn vader en reed ik hem naar de voor hem belangrijkste plaatsen uit zijn leven. Ik verzamelde familieportretten en noteerde de verhalen die in de familie de ronde deden. Voor ‘Tussen de dagen’ wou ik een echte jazzimprovisatie maken.

Vooraf maak ik nooit schema’s. Nooit weet ik waar een boek me naartoe zal leiden. Ik heb geleerd om te vertrouwen.

Ik probeer telkens een ander boek te schrijven. Ik wil graag de lezer verrassen. Ik hou van de vraag: ‘Wat heb je nu weer geschreven?’

Ik heb het geluk dat ik geen rituelen nodig heb. Eigenlijk kan ik overal schrijven: thuis, op café, op een bank in de stad… Ik kan me gemakkelijk mentaal afsluiten. Schrijven ervaar ik als: ‘het eten van een gebakje’.

Een boek moet snel en filmisch zijn. Wringen en wrijven. Onaf waardoor de lezer verplicht wordt mee te denken. Een eenvoudige taal. Een weldoordachte stijl. Toeslaan en laten beklijven.

Ik zou Tussen de dagen durven bestempelen als een geslaagde mix van historische roman en literaire thriller. Ben je het eens met deze stempel, met dit hokje waarin ik je boek probeer te plaatsen? In het A-verhaal reizen we naar de zestiende eeuw en de prikkelen van de Rooms-Katholieke Kerk, terwijl we in het B-verhaal in het hoofd zitten van Mauro een leerkracht met een getormenteerd verleden. Kun je wat meer vertellen over het ontstaan van dit boek?

Aha, Alexander, ik hoor je graag aangeven dat het boek een mix is van een historische roman en een literaire thriller. Ik vind het een mooie ‘stempel’. In ‘Tussen de dagen’ probeerde ik niet aan één vast genre te denken. Ik wou alles uitproberen, zonder mezelf een beperking op te leggen.

Wat Tussen de tijd bijzonder anders maakt, is dat de roman opgebouwd is uit twee afwisselende delen die op het eerste zicht weinig met elkaar te maken hebben. Elk deel ontwikkelt zich op een eigen manier. Met een eigen taal en met een eigen beeldende kracht. Ik wou beide in een slotakkoord laten oplossen.

Ik stelde me als doel om jazz te schrijven. Componeren zoals jazzmuzikanten improviseren. Ze kiezen een thema, een toonaard en een ritme. De rest is ’laten ontstaan’. Improviseren is fun. Ik begon dit boek met het schrijven van de eerste zin, zonder te weten wat de tweede en de volgende zouden zijn. Zonder een bepaalde structuur in mijn hoofd. Zonder vooraf verhaallijnen en personages te bepalen. Wel wist ik dat de gregoriaanse kalender het basisthema zou vormen.

Ik kreeg dit thema van mijn oudste dochter. Op een dag verraste ze me met: ‘Wist je dat men in 1582 tien dagen uit de kalender schrapte? Na 4 oktober werd het 15 oktober.’Hoe konden ineens tien dagen uit de tijd worden weggeknipt? Waar waren die dagen naartoe? Waarom had men dit besloten?

Veel jazzstandards zijn opgebouwd volgens een ABA-structuur. Het thema wordt afgewisseld met een “bridge”. Dit B-gedeelte heeft een ander karakter. Soms een andere toonaard. Het ontwikkelt op eigen wijze en lost uiteindelijk weer op in het thema.

Ik wou iets dergelijks. Een structuur die uit A’s en B’s bestond en die elkaar volgens een bepaald ritme opvolgden. Een ritme dat telkens uit ongeveer tien A4-pagina’s bestond. Tien bladzijden A werden gevolgd door tien bladzijden B.

Beide delen moesten een ander karakter hebben. Toch moesten ze freewheelen rond hetzelfde thema: de tijd. Voor de A-delen koos ik een tegenwoordige tijd. Een dagelijks leven dat voortkabbelt zonder dat het strak is gecomponeerd. Zoals het dagelijkse leven is. Ik ervaar daar geen groot plan achter. Het kabbelt maar.

Voor de B-delen wou ik een andere tijd. Een verleden tijd. Een eeuw waar ik zo goed als niets over wist en die leidde tot het schrappen van de tien kalenderdagen.

Zoals in een jazzcompositie staan de delen los van elkaar. Zonder naar elkaar toe te groeien, tenzij in een slotakkoord.’

Tussen de dagen is niet enkel een filosofische queeste naar het belang van de tijd en hoe we ons als mens daar tegenover positioneren. We hebben een heden, verleden en toekomst. Wat betekenen die in werkelijkheid? En wat betekent het om voor de duur van een mensenleven op aarde te zijn?

Daarnaast is het een psychologische zoektocht. Hoe gaan we als persoon om met onze persoonlijke trauma’s, onze behoeften en ambities? En welke invloed heeft dat op de personen rondom ons?

Ik wou een boek dat leest als een thriller. Spannend en filmisch tot de laatste alinea.

Je schrijft over een periode van meer dan 400 jaar geleden. Sommige personages hebben zelfs echt bestaan. Hoe doe jij je research voor deze verhalen? Hoever mag de fictie de realiteit overtreffen in de historische delen?

Ik hou van de research rond een boek. Ik dompel me graag onder. Voor ‘Tussen de dagen’ trok ik naar Napels en Rome. Ik liet de zestiende eeuw tot mij komen in boeken, schilderijen, films, kookboeken, verhalen enz. Voor de research neem ik graag tijd. Ik wil dat de historische feiten kloppen. Eenmaal ik een voldoende beeld heb, laat ik het onderzoek zo goed als los. Dan neemt mijn fantasie het over. Een roman is geen historisch naslagwerk.

Mauro is een leerkracht net als jij? Is dit toeval, of niet? Heb je wat autobiografische kenmerken in Mauro gestopt?

Tussen de dagen is geen autobiografisch portret. Maar een schrijver kan zich nooit helemaal wegstoppen. Zoals ik hierboven schreef, is het boek een improvisatie. Een improvisatie is nooit helemaal los van degene die creëert. Het is eerder toevallig dat Mauro een leerkracht is. Of toch niet? Hoe de roman zich ontplooit, is louter fictie. Gelukkig is mijn dagelijkse leven net iets ‘normaler’.

Ben je momenteel al aan je negende roman bezig? Zo ja, kun je voor ons een tipje van de sluier oplichten?

Schrijven is een continu proces. Het is iets wat ik altijd doe. Terwijl het ene boek naar een eindfase en naar de publicatie evolueert, ben ik steeds al bezig met een nieuw werk. Ik licht niet graag tipjes van de sluier omdat het ontstaan van een boek iets ‘breekbaars’ is. Misschien kan ik meegeven dat het boek zich afspeelt in 2042. In België. Of wat daarvan rest.

Zoals ik in een eerdere vraag zei: Tussen de dagen heeft wat weg van een literaire thriller. Zou je ooit overwegen om een ander spectrum van het schrijven te verkennen, door bijvoorbeeld volop voor een ander genre te gaan? Of is de literaire roman ruim voldoende om al je creativiteit op los te laten?

Zoals ik al zei, denk ik niet in genres. Ik houd het graag open. Eigenlijk kan alles. Zelfs theater of filmscript. Ik schreef al voor kinderen, maakte poëzie en kortverhalen. Bij mij werkt het creëren het best wanneer ik een volledige vrijheid voel. Beperkingen beknotten alleen maar.

Hoe kunnen lezers een gesigneerd exemplaar van je boek bemachtigen?

Het leukste is wanneer we elkaar in levende lijve ontmoeten. Tijdens boekenbeurzen, lezingen of ontmoetingen. Verder wil ik nog graag toevoegen dat ik het enorm waardeer als lezers op Hebban of Goodreads het boek een score geven om het zo een extra duwtje in de rug te bezorgen.

Verder kan ik persoonlijk een gesigneerd opsturen. Ik ben te bereiken op facebook, Instagram en op lucvandromme.be Een berichtje volstaat.

Speeddate:

Koffie of thee: 3 koppen koffie per dag of mijn haar staat nog meer recht. Recent ontdekte ik de rijkdom van de theesoorten. Ik evolueer.

Kat of hond: We hebben een kat. Ooit werd ik gebeten door een hond en heel erg toegetakeld.

Winter of zomer: Warmte graag. En het zinderen van de zon.

Aardappelen of pasta: Pasta! Elke dag!

Buitenmens of binnenmens: Ik ben gemaakt voor ‘onder de wolken en tussen de velden’. Met het ouder worden ontdek ik een wandeltalent.

Standalone of serie (boeken): Telkens graag iets nieuw.

Paperback of e-book: Ik heb geen echte voorkeur. Een e-book laat gemakkelijk reizen toe.

Schrijven of lezen: Schrijven is een gebakje eten. Lezen ook, maar zonder het toetje.

Favoriet lettertype: Dat heb ik niet echt. Elk boek, elk verhaal, heeft wat mij betreft een eigen uiterlijk.

Favoriet schrijfmoment: Ik ben op mijn best vroeg in de ochtend. Dan heb ik de meest heldere ideeën. Meestal start ik om 7u30.

‘Tussen de dagen’ op Klara.

Bedankt Ampersand om de roman en de muziek eruit zoveel aandacht te schenken. Woensdag 17 april 2024. Te herbeluisteren.

Tussen de dagen.

Page 1 of 43

Mogelijk gemaakt door WordPress & Thema gemaakt door Anders Norén